“Het is verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te doden, te verwonden, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op te sporen.”
Dit staat in de Wet Natuurbescherming 2017. Andere artikelen in deze wet voegen daar nog aan toe dat het verboden is deze dieren, dood of levend, in bezit te hebben. In Nederland zijn bijna alle dieren beschermd. Toch wilt u graag het dier wat u zojuist heeft gevonden, op laten zetten. Hoe dient u nu te handelen om dit legaal te kunnen laten doen?
Met het invoeren van ‘Wet Natuurbescherming’ in 2017 is de vervoersvergunning die de politie uitgaf komen te vervallen.
U kunt nu rechtstreeks naar de preparateur.
Nadat u de versheid van het dier heeft gecontroleerd (zie tips) neemt u het dier mee naar de preparateur. Daar wordt gekeken of het dier een natuurlijke dood is gestorven of zonder opzet gedood is.
De preparateur schrijft het dier in in zijn register en voorziet het van een merkteken. Dit merkteken moet te allen tijden blijven zitten als bewijs dat het een legaal preparaat is. Er wordt afgesproken in welke houding u het dier opgezet wilt hebben, wat de kosten hiervan zullen zijn en wanneer u het preparaat kunt komen ophalen.